woensdag 20 februari 2013

Snippers van leven 33 - Pim

In het tot werkplaats verbouwde pakhuisje links van ons, bewoog zich overdag Pim. Hij was legermecanicien en belast met de taak het motorpark van het garnizoen rijdend te houden.
Hij zag er in zijn groene besmeurde overall ontstellend vies en vettig uit. Het was een knappe knul met krullend haar en ’n klein gitzwart snorretje.
Gehuld in blauwe rookwolken scheurde hij bij tijd en wijle met open knalpot over de gracht en langs het “Glazen paleis”, de woning van Schone Anna, op wie hij hevig en onrustbarend verliefd was. Zij was geen prinses die in een paleis woonde, maar het grote hoekhuis waarin zij woonde bezat zóveel ramen, dat het in de volksmond die naam gekregen had. Hun romance kreeg een droevig eind. Daar hij meer oog had voor haar dan voor wat anders, heeft hij zich met zijn barbaars knallende “Harley Davidson” in volle vaart vlak voor haar riante behuizing tegen de “Gooise Moordenaar” te pletter gereden. Dat was het einde van die onvergetelijke Pim. Schone Anna, de toenmalige seksbom van onze buurt, heeft er lang en diep om getreurd.

Als hij niet op motoren voortijlde of op andere wijze met die ondingen bezig was, liep hij bij ons in en uit, lichtte moeders katten aan de staarten van de grond, dronk onbetamelijk veel bakken “pleur” (Bargoens voor koffie), lachte dat het daverde, sloeg Ma kletsend op de billen en vulde ons schamel huisje met zijn oliestank en luidruchtigheid. Hij was buitengewoon vaardig in allerlei technische zaken. Had de T-Ford van de Pieperboer nukken, dan slingerde hij met  zijn wenkbrauwen het beestje weer op gang. Het bejaarde karretje had niets bij hem in te brengen. Bij motorkwaaltjes, echt of gesimuleerd, hoefde Pim bij wijze van spreken alleen maar kwaad naar het Fordje te kijken en het kwam onmiddellijk, uitsloverig ratelend op gang.
Ja, die Pim was een mooie! Motoren en vrouwen hadden geen geheimen voor hem. Vaak flaneerden giechelende meisjes over het grachtje en langs zijn werkplaatsje van waaruit zijn galmend gezang, begeleid met hamerslagen naar buiten klonk. Altijd hadden die grieten hem wat te vragen en de keren dat (toevallig) voor Pim’s stankhol de ketting van een damesfiets afliep, waren legio. Hij was dan direct zéér hulpvaardig en haalde fiets en dame naar binnen om te “helpen”. Ik vond het weer echt iets voor die aanstellerige meiden om bij dat reparatiewerk zó te keer te gaan. Vaak hoorde ik ze achter de gesloten deur gillen. Dan haalde ik minachtend mijn schouders op. Pim verstond zijn vak, dat wist ik. Om zó te gillen om een onnozele ketting! Poeh! …Hij kon nog wel wat anders.
Toch jammer dat zijn romance met Schone Anna in zo’n knal eindigde.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten