In de jaren zestig waren er ook tippelaarsters. Zo één was Annie, de stadsprostituee van het vestingstadje waar ik woonde. Zij werd het “Makke Duifje”genoemd, omdat zij haar stiel veelal langs de snelweg uitoefende en daar door iedere gemotoriseerde wellusteling te pakken was.
‘s Avonds negotieerde zij haar zwoele handel op de vestingwallen. Zij schonk haar gunsten aan jong en oud, zonder aanzien des persoon.
Ook heimlijk bepaalde Stadsnotabelen, die hun plasser vaak gebruikten voor iets anders dan urinelozing. Over hun escapades met het schone geslacht in het stadje, deden besmuikt verhalen vol smeuïge en pikante details de ronde De (achtenswaardige)heren gingen regelmatig “op drie benen” (Bargoens voor erectie hebben) en hadden een reputatie op amoureus gebied die stonk als een lijk op zolder. Hun namen zij hier niet vermeld, zij genieten in vrede hun vacantie bij de wurmen. Maar hun daden waren groot!
Als ik de naam van P.S.V. voetballer “Jan Vennegoor of Hesselink” hoor, bekruipt mij altijd het duivels idee dat een van zijn voorvaderen, Vennegoor geheten, niet zeker wist of zijn zoontje van hém of buurman Hesselink was en de boreling toen maar met dubbele naam bij de Burgerlijke Stand in heeft laten schrijven.
Zo lopen door slippertjes van die heren in het stadje ongetwijfeld nakomelingen rond, die óók in aanmerking voor zo’n dubbele naam komen, omdat moeder absoluut niet wist of het kindje door haar echtgenoot was verwekt, of … na een notabele vrijage!
Annie was wat karakter en boezem betrof, letterlijk en figuurlijk een ronde meid, een stoot van importantie, wars van lage gemene streken, die geroutineerde vakgenotes er vaak op na houden. Het tarief dat zij voor haar diensten hanteerde, was billijk. Wat die prijs precies was wist ik niet, zij had geen prijslijst op haar rug hangen, maar voor ondeugende, opgroeiende jongens, waartoe ook ik behoorde en die wel eens iets van de geheimen van de verboden liefde wilden weten, rekende zij de uiterst coulante prijs van één gulden per onderricht. Menig maagdelijke knaap deed in haar armen zijn eerste seksuele ervaring op en kon in praktijk de juistheid van de hitsige verhaaltjes, die over het intieme contact tussen man en vrouw besmuikt de ronde deden, verifiëren.
Iedere morgen, omstreeks 11 uur schreed zij met van die “beroepsmatig roterende billen” (een uitdrukking van Simon Carmiggelt) naar haar afwerkplek, de oude tweebaansrijksweg, die liep via Bussum en Naarden naar Amsterdam.
Met haar deinende wiegelende gang en wiebelende borsten, was zij in staat zelfs een bibberende grijsaard tot ontucht te verleiden. Zo wierp zij onderweg uitdagend lonkende blikken naar aspirant klanten die zich met haar af wilden zonderen. Want zij verleende haar diensten niet alleen langs die rijksweg, maar op iedere plaats, op iedere tijd en elke gelegenheid die haar ten dienste stond.
Zo sloeg ik ongemerkt het tafereel gade van een oude boer van gereformeerde huize die stiekem smiespelend een afspraak met haar maakte. Aan de zijkant van die oude rijksweg waren toentertijd tussen Naarden en Muiderberg nog dichte bosjes. Nu allang opgeslokt door huizenblokken en fabrieken. Het gesprekje die hij met haar voerde, had blijkbaar geen evangelisatie tot onderwerp of vermaning haar immorele gedrag op te geven, want de oude baas verdween met opmerkelijke snelheid tussen de bosjes. Eerst meende ik dat hij in hoge nood verkeerde en een grote boodschap moest doen, maar zijn hoge nood lag op seksueel gebied. Beducht om zijn reputatie had hij met Annie afgesproken een eindje vooruit te gaan. Boven de struiken zag ik rook opstijgen. Aan Annie die hem op een afstand volgde, gaf hij, net als een Indiaan, rooksignalen door heftig aan zijn sigaar te trekken, zodat zij kon weten wáár de oude “vieskadet” (Bargoens voor vies mannetje)op haar wachtte.
Annie nam het niet zo nauw met de hygiëne. Toen ik eens midden in de nacht thuis kwam, betrapte ik mijn oudere broer, die nogal frequent op Annie zijn lusten botvierde, dat hij met petroleum de harige omgeving van zijn geslachtsdelen insmeerde. Hij had bij haar kleine gasten opgedaan, platjes, ofwel schaamluizen en kon van de jeuk niet slapen. Hij stonk nadien een uur uit de wind.
Annie was een echte fijne, ik zou haast zeggen, eerlijke hoer, die geen kwaad deed, nooit last met de politie had en ook geen pooier onderhield. Van beroving was bij haar geen sprake. Zij was door de lessen die zij ons, jeugdige knapen op seksueel gebied gaf, een voorloopster van de N.V.S.H. (Nederlandse Vereniging voor Seksuele Hervorming) die adviezen geeft over de “wiptechniek”.Zij verstond haar vak. Hoewel zij nooit een regenjasje (condoom) gebruikte kreeg zij nimmer een bedrijfsongeval en kwam er geen “blinde passagier aan boord.”(Bargoens voor zwanger)
Ook Annie ging heen. Mogelijk zit zij nu op een gouden stoel in de hemel (waren ook hoeren niet bevriend met de Heer?) met welgevallen neer te zien op de verdere prestaties van haar leerlingen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten